Vol verwachting naar de onderzoeksresultaten….

Nouri Olde Hanter kreeg van ons de (afstudeer)opdracht om te onderzoeken of onze bewustwordingslessen een positief effect zou kunnen hebben op het gedrag van jongeren (voorkomen dat jongeren de stap in de criminaliteit zetten). Haar onderzoek was van echt hoog niveau, we waren diep onder de indruk.

We hebben antwoord gekregen op de vraag of de bewustwordingsles überhaupt wel de ingrediënten heeft, die belangrijk zijn voor preventieve interventies. We zijn heel blij met het resultaat en de aanbevelingen. We delen hieronder de samenvatting van het onderzoek. Via de link is het onderzoeks-rapport te downloaden.

Nouri deed ook de aanbeveling om vervolgonderzoek te doen. Een handschoen die we graag laten liggen voor een student of onderzoeker. Interesse: neem contact met ons op.

Onderzoeksamenvatting
Jongeren kunnen gezien worden als de potentiële beroepsbevolking van criminelen (Tops & Tromp, 2020). Het #Alertprogramma zet zich in om jongeren weerbaar te maken tegen criminaliteit, waaronder ronselactiviteiten. Deze inzet uit zich onder andere in het geven van preventielessen waarin de omvang, nabijheid, impact van criminaliteit en tevens handelingsopties worden toegelicht middels ‘storytelling’, video’s en het delen van ‘keiharde’ feiten. De preventielessen worden gegeven vanaf leerjaar drie van alle niveaus van het Voortgezet Onderwijs (VO), vmbo, mbo en HBO.
De doelstelling van dit onderzoek is het toetsen van de preventielessen aan theoretische inzichten op het gebied van gedragsbeïnvloeding en het meten van mogelijke effecten op de weerbaarheid van leerlingen en studenten ten aanzien van ronselactiviteiten om de effectiviteit van de preventielessen te verhogen. Om dit te realiseren is de volgende hoofdvraag geformuleerd:
“In hoeverre hebben de preventielessen van het #Alertprogramma effect op de weerbaarheid tegen ronselactiviteiten onder leerlingen en studenten en op welke wijze kunnen aanpassingen worden gedaan binnen de preventielessen om weerbaarheid van leerlingen en studenten ten aanzien van ronselactiviteiten te verbeteren en/of te borgen?”
Om deze onderzoeksvragen te beantwoorden is een literatuuronderzoek gehouden. In de literatuur is gezocht naar modellen en theorieën die weergeven hoe gedrag tot stand komt. Met de uitkomsten van het literatuuronderzoek wordt duidelijk dat gedrag tot stand komt middels beïnvloeding van gedragsdeterminanten bewustzijn, motivatie en de intentiestatus. Daarnaast wordt duidelijk dat het informatieverwerkingsproces dat doorlopen wordt van invloed is op gedrag. Wanneer voldaan wordt aan de eisen van concentratie; ability en motivatie, kan informatie zodanig duurzaam worden verwerkt dat deze ‘eigen’ wordt gemaakt en bestand is tegen overtuigingspogingen.
Op basis van deze inzichten op het gebied van gedragsbeïnvloeding is getoetst of de preventieles aansluit bij de theoretische inzichten. Uit de toetsing is geconcludeerd dat de inhoud van de preventieles grotendeels aansluit bij de huidige theoretische inzichten. Kijkend naar de determinanten en op welke wijze deze tot stand komen, zijn in de preventieles elementen aanwezig die de vorming van deze determinanten en factoren beïnvloeden. Tevens is voldaan aan twee van de drie eisen die worden gesteld om een duurzame verwerking van informatie te waarborgen.
Daarnaast is middels een enquête, gehouden onder leerlingen van het VO leerjaar 3 t/m 6 en de opleidingsniveaus havo en vwo, gemeten in hoeverre de determinanten en factoren daadwerkelijk zijn beïnvloed. Uit de resultaten is gebleken dat drie van de vier gemeten kennisniveaus, onderdeel van de determinant bewustzijn, zijn verhoogd bij de havo dan wel vwo leerlingen.
Op basis van de resultaten en de conclusie uit dit onderzoek worden ter verbetering van de effectiviteit van de preventieles de volgende aanbevelingen gedaan:

  1. Voer verdiepend onderzoek uit naar de eisen die gesteld worden aan een optimale informatieverwerking;
  2. Voer een attitude onderzoek uit waarbij (1) de attitude van de doelgroep ten opzichte van criminaliteit in kaart wordt gebracht en (2) de invloed van de sociale omgeving van de betreffende doelgroep, op de attitude ten opzichte van criminaliteit in kaart wordt gebracht;
  3. Voer een verdiepend onderzoek uit naar mogelijke (externe) barrières die de beïnvloeding van de determinanten bewustzijn en motivatie in de weg kunnen staan;
  4. Onderzoek in welke mate wordt voorzien in de behoeften van de doelgroep gericht op de ‘in staat stellende’ en de ‘versterkende’ factoren.